
Vertrouwen en Overgave
“Vertrouw op de Heer met heel je hart, en steun niet op je eigen inzicht. Ken Hem in al je wegen, dan zal Híj je paden rechtmaken.”
Spreuken 3:5-6
Aankomende week start ik met een nieuwe baan. Een nieuwe kans, een nieuwe deur die geopend is. Voor men die mij niet kent, ik werk in het ziekenhuis en geloof dat ik loop op het pad die God voor mij bedoeld heeft. In dat pad was het tijd voor een nieuwe uitdaging. Na een heerlijke vakantie mag ik dan bijna beginnen. Tijd voor mij om na te denken over ‘nieuwe verwachtingen’, ik heb er namelijk heel veel! Soms ben ik dan in staat deze allemaal in een emmer te gooien en mijn gebed er mee te overspoelen. Gelukkig mag dat ook, toch vraag ik mij zelf af of ik dan ook vertrouwen in Zijn handen leg. Ik mag vertrouwen dat ook op een nieuwe werkplek God mijn onzekerheden kent en mij vult met Zijn zegen. Dus naast de emmer leeggooien, mag ik mijn emmer ook vullen. Ik wil hem vullen met zekerheid, rust en vertrouwen. Als ik bovenstaande tekst bekijk, dan vind ik de bijzin ‘en steun niet op je eigen inzicht’ vaak lastig te interpreteren. Hoezo kan ik niet op mijn eigen inzicht vertrouwen? Heb ik dan helemaal geen betrokkenheid? Wanneer die vragen mijn gedachten passeren dan moet ik mijn waterkraan even sluiten en de emmer niet verder vullen. Want eigenlijk geloof ik dat het meer een overgave is wat hier bedoeld wordt. Het gaat niet over ‘niet betrokken zijn’ maar over je overgeven aan Gods plan. Zijn plannen, zijn capaciteiten zijn groter dan we zelf ook maar kunnen bedenken. Vertrouwen en overgave, twee aspecten waar ik de komende tijd voor blijf bidden.
‘Heer, dank U voor deze fantastische kans en deze nieuwe uitdaging.
Ik bid voor uw zegen op elke stap.
Help me mijn plek te vinden binnen mijn nieuwe baan.
Dank u dat u een God bent waar ik altijd op mag vertrouwen.
Ik bid dat ik mij mag overgeven aan Uw plan.
Laat me wandelen in zekerheid over mijzelf en mijn kunnen.
Geef me kracht op de momenten van onzekerheid en angst.
Geef me Uw rust en vrede.
Dank U voor wie U bent,
Amen.’